Franse Aas der Azen: René Fonck

  • by Pierre Grande Guerre
  • 27 Apr, 2019

DUTCH Page - Artikel - april 2009 - foto-update - juli 2014

Detail graf van René Fonck in Saulcy-sur-Meurthe, Vogezen.

Georges Guynemer, die op 11 september 1917 neerstortte bij het Belgische Poelkapelle, mag misschien de meest bekende Franse Luchtaas zijn, zijn bijna in vergetelheid geraakte collega, René Fonck, was echter met zijn 75 erkende overwinningen de werkelijke Franse Aas der Azen, de topscorer. In de lijst van internationale luchtazen staat slechts boven hem Mannfred Freiherr Von Richthofen met 80 overwinningen, waarmee Fonck in feite ook aan de Geallieerde zijde als geheel de Aas der Azen was.

Links Luchtaas Alfred Heurteaux, vanaf november 1916 commandant van de "Cigognes" en goed voor 21 overwinningen, rechts René Fonck.

Over de redenen van het in vergetelheid raken van deze inwoner van de Vogezen, kan men slechts speculeren. Het feit misschien dat Fonck tot aan 1953 de oorlog overleefde? Of toch het feit dat Fonck tijdens de Tweede Wereldoorlog aanvankelijk zijn "Held van Verdun", Maarschalk Pétain, trouw bleef en voor de Vichy-regering koos?

De Grote Oorlog

René Fonck wordt op 27 maart 1894 geboren in het Vogezen-dorpje, Saulcy-sur-Meurthe, en hij zal op 18 juni 1953 sterven in Parijs. Tijdens zijn jonge jaren is Fonck leerling werktuigkundige. Op 22 Augustus 1914 roept de Franse Staat Fonck op om dienst te nemen in het 11me Régiment du Génie van Epinal (Vogezen). Fonck is altijd gefascineerd geweest door de nieuwe luchtvaarttechniek. Begin 1915 weet hij zich te laten overplaatsen naar de luchtmacht. Hij krijgt zijn vliegopleiding bij de vliegtuigconstructeurs, de Gebroeders Caudron, bij Crotoy.
"De Franse Luitenant-Vliegenier Fonck die 60 vijandelijke vliegtuigen heeft verslagen."
Fonck begint enige tijd later als piloot bij een observatie-eskader, C 47, dat nabij Corcieux is gelegerd. Op 6 augustus 1916 is Fonck nog steeds observatiepiloot van een tweemotorige (!), maar ongewapende Caudron G4, en weet hij toch een Duitse Rumpler-C1 te verdrijven achter de Duitse linies. Na deze gebeurtenis plaatst men Fonck over naar de "Groupe de Combat 12" (Gevechtsgroep 12), ook de "Groupe des Cigognes" (de Ooievaars) genoemd, waar ook Guynemer bij hoort. Fonck vliegt bij Escadrille 103, een klein eskader.

Het is niet ongewoon, dat Fonck verscheidene toestellen op één dag neerschiet, zoals bijvoorbeeld op 9 mei 1916, als hij 6 Duitse vliegtuigen neerhaalt, en nog eens 6 stuks op 26 september 1918. In april 1917 heeft Fonck al 500 vlieguren achter de rug. Opmerkelijk en vermeldenswaard is toch wel dat Fonck nooit door vijandelijk vuur is geraakt!

Fonck's tactiek is om de tegenstander te verrassen (bijvoorbeeld vanachter en van bovenaf uit de zon tevoorschijn komen), deze zo dicht mogelijk te naderen, en om munitie te besparen de vijand met korte salvo's neer te schieten.

Zijn luchtgevechttactieken doceert hij aan Franse piloten in opleiding. Fonck vliegt in veel types vliegtuigen, o.a. en vooral in de SPAD VII, de SPAD XIII, en de SPAD XII met kanon. Voortdurend is Fonck in overleg met zijn mecaniciens over het onderhoud van de vliegtuigen of technische verbeteringen. Zo stelt Fonck onder andere een verbetering van de motorventilatie voor.

Detail graf van René Fonck in Saulcy-sur-Meurthe, Vogezen.
Fonck eindigt de Grote Oorlog in leven als Luitenant, behangen met onderscheidingen zoals de Medaille Militaire, Légion d'Honneur, het Croix de Guerre met maar liefst 28 Palmen, maar ook met buitenlandse onderscheidingen, zoals de Military Medal, de Military Cross, en het Belgische Croix de Guerre.
Detail graf van René Fonck in Saulcy-sur-Meurthe, Vogezen.
Interbellum
Na de oorlog gaat Fonck van 1919 tot 1924 de politiek in als Gedeputeerde voor de Vogezen van de Alliance Démocratique. Zijn memoires, "Mes Combats", verschijnen met een voorwoord van Maarschalk Foch, in 1920. Tevens blijft hij actief in de luchtmacht. Commandant Fonck schrijft verscheidene vliegershandboeken en rapporten ter verbetering van gevechtsvliegtuigen. Gedurende de jaren 20, overtuigt Fonck Igor Sikorsky van een herontwerp van de Sikorsky S.35 voor de transatlantische race voor de "Orteig"-prijs. Op 21 september 1926 stort Fonck neer bij het opstijgen, als het landingsgestel instort, met als gevolg de dood van twee van zijn drie bemanningsleden. Charles Lindbergh zou kort daarna de "Orteig"-prijs winnen in 1927.

Fonck wordt in 1937 benoemd tot inspecteur van Franse luchtmacht tot 1939. Zijn contacten tijdens het interbellum met voormalige vijanden van de Eerste Wereldoorlog, zoals de Duitse luchtazen Hermann Göring en Ernst Udet, zullen een schaduw werpen op de reputatie van Fonck tijdens de Duitse bezetting van Frankrijk en hebben geleid tot beschuldigingen van collaboratie met de Nazi-bezetter en het Vichy-regime.

De Tweede Wereldoorlog

Als de Tweede Wereldoorlog uitbreekt, is Fonck kolonel. Zoals al eerder gezegd: Fonck's trouw aan de "Overwinnaar van Verdun" overstijgt alles. Pétain's favoriete legeronderdeel is altijd de luchtmacht geweest. De beruchte Pierre Laval, tweede man van het Vichy regime en marionet van de Duitsers, kondigt al snel aan dat kolonel Fonck 200 gevechtsvliegtuigen klaar heeft staan om de Britten te bestoken. Vanaf 1942 beschouwen ook de Geallieerde media Fonck als een van de bekende Franse verraders. 

Binnen de kortste keren raakt Fonck ook verdacht in de ogen van de Duitsers. Zo schrijft hij onder andere een lovend voorwoord in een kritische terugblik van André Maroselli over de stand van zaken van de Franse luchtmacht bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog met de veelzeggende titel: "Sabotage tegen onze luchtmacht, voornaamste oorzaak van onze nederlaag".

Verdacht is hij ook door het feit dat hij met regelmaat intervenieert en opkomt ten behoeve van leden van het verzet en vanwege zijn onverholen oppositie tegen Laval. In september 1944 arresteren de Duitsers de Franse Aas, en zij sluiten hem op in de Santé-gevangenis. Aan het eind van het jaar wordt hij zonder aanklacht weer op vrije voeten gesteld. 

Fonck en de Résistance

Toch blijkt Fonck meer betrokken te zijn geweest bij de Résistance dan op het oog lijkt. Op 28 september 1948 ontvangt Fonck van commandant Sautereau van de verzetsgroep met de codenaam "Rafale" een "Certificat de Participation", een deelnamebewijs. Commandant Sautereau voegt er een belangrijke opmerking aan toe:

"Monsieur Fonck, René, membre sans uniforme des forces françaises combattantes, a participé en territoire occupé par l'ennemi, aux glorieux combats pour la libération de la patrie."

"Meneer Fonck heeft als lid zonder uniform van de Franse strijdkrachten in door de vijand bezet gebied deelgenomen aan glorieuze gevechten voor de bevrijding van het vaderland." 

Na de oorlog, ontkracht ook een Frans politie-onderzoek Fonck's vermeende samenwerking met het Vichy-regime volledig. De conclusie was dat zijn loyaliteit werd bewezen door zijn nauwe contacten met erkende verzetsleiders, zoals Alfred Heurteaux, zijn commandant van de "Cicognes" tijdens de Grote Oorlog. 

Wat nu precies zijn contacten met de Duitsers inhielden -, spioneerde hij voor het Verzet of niet, wat leverde eventueel die informatie op, - en wat nu precies zijn heldendaden zijn geweest bij de bevrijding van Frankrijk, is mij niet geheel duidelijk. Ook een van mijn bronnen, de Franse Wikipedia, zegt hierover dat dit nog nader geschiedkundig onderzoek verdient.

Duidelijk is wel dat Fonck, ondanks zijn aansluiting bij het Vichy regime, halverwege de oorlog door zijn antipathie tegen Pierre Laval weer teruggekeerd is aan de zijde van het Franse verzet.

Slot

Graf van René Fonck in Saulcy-sur-Meurthe, Vogezen.

Na de bevrijding trekt Fonck zich terug in Parijs om een eigen onderneming, "France Engrais", te leiden. Op 59 jarige leeftijd overlijdt Fonck aan een hartaanval in zijn woning in de Rue du Circque. Vijf dagen later wordt René Fonck begraven op de begraafplaats van zijn geboortedorp: Saulcy-sur-Meurthe.  

Het oordeel van de geschiedenis lijkt zijn zwarte vlek uit zijn verleden van 1940 tot 1943 niet te hebben vergeven.

Niets ten nadele van de verdiensten van Guynemer, maar ik hoop, dat ik met dit beknopte stukje de Aas der Azen, René Fonck, weer even uit de vergetelheid heb gehaald. 

Pierre

by Pierre Grande Guerre 29 November 2019
by Pierre Grande Guerre 14 November 2019

Inleiding: Franz Von Papen & Werner Horn; schaker en pion

Onlangs stuitte ik in een oud boek (1) van 1919 op een opmerkelijk verhaal over een Duitse Luitenant, die in begin februari 1915 een half geslaagde bomaanslag pleegt op een spoorbrug over een grensrivier tussen de Verenigde Staten en Canada. Ook al staat de bekentenis van de dader, Werner Horn, deels in het boek te lezen, de naam van zijn opdrachtgever zal Horn blijven verzwijgen. Na wat verder zoeken vond ik ook de naam van Horn’s opdrachtgever, Franz von Papen, een van de aangeklaagden van het latere Neurenberg Proces in 1946.

In een Grote Oorlog als de Eerste Wereldoorlog  is Horn’s aanslag op de brug uiteraard slechts een bescheiden wapenfeit. Toch vermoed ik dat dit relatief onbekende verhaal, dat de geschiedenis is ingegaan als de “ Vanceboro International Bridge Bombing ”, nog interessante kanten kent. Het is onder andere een spionageverhaal over hoe in een groter plan een sluwe schaker zijn naïeve pion offert.  

Beknopte situatieschets Canada en de Verenigde Staten in 1915

by Pierre Grande Guerre 1 October 2019

This trip we start at the Léomont near Vitrimont and we will with some exceptions concentrate on the Battle of Lorraine of August-September 1914 in the area, called, the “Trouée de Charmes”, the Gap of Charmes.

After the Léomont battlefield we continue our explorations to Friscati hill and its Nécropole Nationale. Next we pay a visit to the battlefield of la Tombe to go on to the Château de Lunéville. There we cross the Vezouze to move on southward to the Bayon Nécropole Nationale. At Bayon we cross the Moselle to pass Charmes for the panorama over the battlefield from the Haut du Mont. North-west of Charmes we will visit the British Military Cemetery containing 1918 war victims. From Charmes we go northward to the battlefield of the First French Victory of the Great War, the Battle of Rozelieures of 25 August 1914. North of Rozelieures we will visit the village of Gerbéviller. From there we make a jump northward to visit the ruins of Fort de Manonviller to finish with an interesting French Dressing Station bunker, west of Domjevin.

by Pierre Grande Guerre 18 September 2019
Though we depart from Badonviller in the Northern Vosges , we make a jump northward to the east of Lunéville and Manonviller. We start at Avricourt on the border of Alsace and Lorraine. From the Avricourt Deutscher Soldatenfriedhof we explore the southern Lorraine battlefields ; the mine craters of Leintrey , the Franco- German war cemetery and Côte 303 at Reillon , and some German bunkers near Gondrexon , Montreux , and Parux.
by Pierre Grande Guerre 13 September 2019
We depart from Raon-l’Etape to drive northward via Badonviller to Montreux to visit the  "Circuit du Front Allemand 14-18", the  Montreux German Front Walk 14-18,  with its trenches , breastworks , and at least twenty bunkers.
by Pierre Grande Guerre 8 September 2019
North-east of Nancy, east of Pont-à-Mousson, and south-east of Metz we visit the battlefields of the Battle of Morhange of 14 until 20 August 1914. We follow mainly topographically the route of the French advance eastward over the Franco-German border of 1871-1918.
During this visit, we try to focus on the day that the momentum of the battle switched from the French side to the advantage of the Bavarian side: the day of 20 August 1914, when the Bavarians rapidly re-conquered the territory around Morhange , being also the day of the start of their rather successful “Schlacht in Lothringen”.
We will visit beautiful landscapes of the "Parc Naturel Régional de Lorraine", memorials, ossuaries, and cemeteries. Sometimes we will divert to other periods of the Great War, honouring Russian and Romanian soldiers, who died in this sector. We start our route at the border village of Manhoué, and via Frémery, Oron, Chicourt, Morhange, Riche, Conthil, Lidrezing, Dieuze, Vergaville, Bidestroff, Cutting, Bisping we will finish in Nomeny and Mailly-sur-Seille, where the Germans halted their advance on 20 August 1914, and where they constructed from 1915 some interesting bunkers.
by Pierre Grande Guerre 5 September 2019
South of Manhoué we start this trip at Lanfroicourt along the French side of the Franco-German 1871-1918 border, marked by the meandering Seille river. We visit some French bunkers  in Lanfroicourt, near Array-et-Han and in Moivrons. From there we go northward to the outskirts of Nomeny and the hamlet of Brionne to visit the ( second ) memorial, commemorating the events in Nomeny of 20 August 1914. We continue westward to finish at the Monument du Grand Couronné at the Côte de Géneviève, a former French artillery base, which offers several panoramic views over the battlefield.
by Pierre Grande Guerre 28 August 2019
North of Pont-à-Mousson and south of Metz, we explore the relics of German bunkers and fortifications along the Franco-German 1871-1918 border. We start at Bouxières-sous-Froidmont to visit the nearby height of the Froidmont on the front line. This time we will show only a part of the Froidmont, focusing on its military significance.  From the Froidmont we continue via Longeville-lès-Cheminot and Sillegny to the “Forêt Domaniale de Sillegny” to explore some artillery ammunition bunkers. Next we continue to Marieulles for its three interesting bunkers and to Vezon for its line of ammunition depot bunkers. From Vezon we continue to the “Deutscher Kriegsgräberstätte Fey – Buch”. From Fey we go eastward, passing 6 bunkers near Coin-lès-Cuvry to finish our trip at the top construction of the “Feste Wagner” or “Fort Verny”, north of Verny.
by Pierre Grande Guerre 25 August 2019

From Badonviller or the Col du Donon we continue north-eastward for a visit to an extraordinarily well restored sample of German fortifications:  the Feste Kaiser Wilhelm II, or Fort de Mutzig,  lying on a height, some 8 km. away from the 1871-1918 Franco-German Border.

by Pierre Grande Guerre 23 August 2019
We concentrate on the German side of the front around "Markirch", Sainte Marie-aux-Mines, the so-called "Leber" front sector . We first pay a visit to the Sainte-Marie-aux-Mines Deutscher Soldatenfriedhof, and next to the southern side of the Col de Ste. Marie for the many interesting bunkers of the German positions at the Bernhardstein, at the north-eastern slopes of the Tête du Violu. On the next photo page about the Haut de Faîte we will continue with a visit to the northern side of the pass and the "Leber" sector.
More posts
Share by: